De zomer is weer in het land en de daarmee ook de knalrode bisschopsvogeltjes (Euplectes orix). Samen met de gele gemaskerde wevertjes vormen ze een bont clubje op de voertafel.
Ik loop door Afrika, de moeder en de zuster van de wereld. Ik sloof, ik lach, ik baar, ik sis, ik bid, ik klak, ik spuug, ik zing, ik smak, ik koester, ik blaas de kooltjes van het kookvuur leven in na weer een koude nacht en dan pas kan de zon opnieuw tevoorschijn komen. Precies zoals God ademt over ons. Ik ben de steen die de kookpot draagt, ik ben de liefde die door alle vuren gaat want ik ben het geheim van Afrika en Afrika is mijn geheim, want ik draag haar onder mijn hart, ze groeit daar, nieuw en sterk, ik voel haar al schoppen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten