Oudste dochter moet een nieuwe schooluniformjurk. Ze is hard gegroeid, de zoom van het rood-wit gblokte jurkje hangt zo’n twintig centimeter boven haar knieën. Onze tienjarige style queen vindt zo’n kort rokje precies goed. Ook al draagt iedereen hetzelfde uniform, het gaat er toch om je te onderscheiden in de massa. Dus probeert ze er een vlotte hipster onder aan te trekken, in plaats van de verplichte bordeauxrode schoolshorts. Helaas - moeders hanteert een streng deurbeleid. "Zó ga jij niet naar school! Als je bukt, kijkt iedereen recht tegen je onderbroek aan!"
Op naar Hoosen dus, de Indiër op het dorp die alle lokale schooluniformen levert. In de volgepakte winkel stommelen we een versleten trap op en zoeken de juiste maat jurk uit het rek. Ze wil passen. De paskamer op Hoosens rommelzolder bestaat uit een smoezelig gordijn, op strategische plekken gescheurd. Ernaast ligt een hoop afgeschreven paspoppen. Losse plastic ledematen doen denken aan protheses. "Mama, deze is wel een beetje wijd. Hebben ze ook smallere?" Ze trekt de cupnaden naar voren - het uniform maat 144-149 is berekend op lichaamsrondingen waarvan alleen nog maar vermoedens bestaan. "Eh, nee, one size fits all, vrees ik."
De lengte keurt ze gelukkig goed. Ik moet wel beloven de knoop op haar ceintuur te verzetten, zodat de jurk wat strakker aansluit. Maar ze kan niet wachten tot we weer in Nederland wonen. "Lekker geen uniform meer aan, elke dag gewoon in m’n eigen kleren naar school."
Maar is dat wel zo? Of gelden er in Nederland alleen maar andere uniformregels? Vriendinnen die allemaal dié skinny jeans dragen, met déze flatjes eronder, en zo’n kort jasje erbij? En als je je afzet tegen de fashionista’s, beland je bij de alternatievelingen die weer hun eigen regels hebben. Emo-punkers, lolita’s, metal, gothic. Allemaal hun eigen keurslijf.
Van mij mogen ze in Nederland het schooluniform invoeren. Al was het alleen maar omdat het ’s morgens heel veel tijd en ‘ik weet niet wat ik aan moet’ -gezeur scheelt. Omdat kinderen in een uniform direct herkenbaar zijn als leerlingen van school X of Y. Dat kweekt verbondenheid met de school. Bijkomend voordeel: overlast veroorzakende schooljeugd is ook makkelijker te traceren!
Maar bovenal: omdat het helemaal geen kwaad kan om in elk geval aan het idéé te wennen dat het niet om gaat wat je aan hebt, maar wie je bent. Echte vrijheid zit in je kop, niet in je kleren.
Maar daar is onze aankomende tienerdochter nog niet aan toe. Na één keer wassen ligt de zoom van haar nieuwe jurk eruit. Rok vijf centimeter langer. "Ja dáhág, die ga ik dus echt niet aantrekken! Ik doe morgen lekker m’n oude weer aan."
Column in De Gelderlander, 26 september 2009
dinsdag 6 oktober 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten