Als afscheidscadeau bied ik je aan: een snelcursus Afrikaans, om de eerste tijd door te komen.
Enige boerewoorde, voor je als je nog eens gaat werken bij die Agraariese Dagblaat:
Beesvleis - rundvlees
Ertappel - aardappel
Aartappelskyfies- chips
Beet - biet
Biltong – Afrikaanse vleessnack
Blikskottel –deugniet (altijd handig om de kids tot de orde te roepen)
Boereplaas – boerderij
Boereverneuker –matennaaier, oplichter
Bokkie – meisje, grietje
Bottelstoor- slijterij
Bulk – loeien
Deurmekaarspul – chaos
Geitjie – niet geit, maar gekko
Grassny – grasmaaien
Groenbone – sperziebone
Hakiesdraad –prikkeldraad
Hoendervleis – kippenvlees
Hokaai – huu (tegen een dier)
Horing – hoorn, gewei, lid in erectie
Knoffelhuisie – teentje knoflook
Karringmelk – karnemelk
Kitsgras – kant-en- klare graszonde
Koei –koe
Kopkool – kool, rode of witte
Mielie - mais
Mielie-oes - maisoogst
Mieliestronk – maiskolf
Murgpampoentjie – courgette
Plaasjapie - (achterlijke) boerenjongen
Plonk – slechte wijn
Sifdraad – kippengaasSoetrissie – paprikaSpanspek – meloen
Vrugteboord – boomgaard
Vryskut journalis – freelance journalist
En enige misverstanden uit de weg geholpen:
'Loerpypie' (NL: verrekijker) is in het Afrikaans gewoon 'verkyker';
'Amperbroekie' (NL: tanga(-slipje)) is in het Afrikaans gewoon een 'g-string',
'Kokkie' en 'Hysbakkie' (NL: kokje en liftje) (allemaal uit een bekende reclame van Knorr) zijn gewoon 'kok' en 'hysbak'.
Uit diezelfde reclame komt 'Pletterpet' (NL: veiligheidshelm). Dit woord is in normaal Afrikaans gewoon veiligheidshelm, maar voor de grap zegt men ook wel pletterpet.
En dan het onverklaarbare 'stront-in-die-broekie' (Nl: diarree). Dat is gewoon 'diarree' in het Afrikaans.
Elke dag even oefenen he! Succes!
Groetjes Christel
Enige boerewoorde, voor je als je nog eens gaat werken bij die Agraariese Dagblaat:
Beesvleis - rundvlees
Ertappel - aardappel
Aartappelskyfies- chips
Beet - biet
Biltong – Afrikaanse vleessnack
Blikskottel –deugniet (altijd handig om de kids tot de orde te roepen)
Boereplaas – boerderij
Boereverneuker –matennaaier, oplichter
Bokkie – meisje, grietje
Bottelstoor- slijterij
Bulk – loeien
Deurmekaarspul – chaos
Geitjie – niet geit, maar gekko
Grassny – grasmaaien
Groenbone – sperziebone
Hakiesdraad –prikkeldraad
Hoendervleis – kippenvlees
Hokaai – huu (tegen een dier)
Horing – hoorn, gewei, lid in erectie
Knoffelhuisie – teentje knoflook
Karringmelk – karnemelk
Kitsgras – kant-en- klare graszonde
Koei –koe
Kopkool – kool, rode of witte
Mielie - mais
Mielie-oes - maisoogst
Mieliestronk – maiskolf
Murgpampoentjie – courgette
Plaasjapie - (achterlijke) boerenjongen
Plonk – slechte wijn
Sifdraad – kippengaasSoetrissie – paprikaSpanspek – meloen
Vrugteboord – boomgaard
Vryskut journalis – freelance journalist
En enige misverstanden uit de weg geholpen:
'Loerpypie' (NL: verrekijker) is in het Afrikaans gewoon 'verkyker';
'Amperbroekie' (NL: tanga(-slipje)) is in het Afrikaans gewoon een 'g-string',
'Kokkie' en 'Hysbakkie' (NL: kokje en liftje) (allemaal uit een bekende reclame van Knorr) zijn gewoon 'kok' en 'hysbak'.
Uit diezelfde reclame komt 'Pletterpet' (NL: veiligheidshelm). Dit woord is in normaal Afrikaans gewoon veiligheidshelm, maar voor de grap zegt men ook wel pletterpet.
En dan het onverklaarbare 'stront-in-die-broekie' (Nl: diarree). Dat is gewoon 'diarree' in het Afrikaans.
Elke dag even oefenen he! Succes!
Groetjes Christel
Geen opmerkingen:
Een reactie posten