maandag 28 januari 2008

Aan gene zijde van Beitbridge








Zo! Ginus is weer thuis. Vier dagen op sjouw geweest door Zimbabwe, samen met Deon en zijn pa, ome Dan. Verschrikkelijk lieve mensen ontmoet van de Nederduitsch Hervormde kerk in Zim, veel gezien en gedaan en gelukkig zonder al te veel problemen rondgetoerd aan gene zijde van Beitbridge, de grensovergang tussen Zuid-Afrika en Zimbabwe. Voor wie de puf heeft, volgt hier een uitgebreid verslag!!

Donderdagochtend vroeg vertrokken uit Pretoria, met de nagelnieuwe Nissan XTrail van Deon en een aanhangwagentje met voedselpakketten erachter.
Bij de grensovergang in Beitbridge was het een drukte van belang. Aangezien er in Zim eigenlijk niks meer is te krijgen, doen Zimbabwanen als ze de kans hebben (en beschikken over buitenlandse valuta) boodschappen in Messina, net over de grens in ZA. Daar worden de bakkies tot de nok toe volgestouwd met allerhande kruidenierswaren, zoals boter, zeep, meel en toiletpapier. Alhoewel je bij gebrek aan toiletpapier ook briefjes met Zimbabwaanse dollars zou kunnen gebruiken: 100.000 Zimdollar is ongeveer gelijk aan één eurocent. De inflatie wordt in januari geraamd op 150.000 procent - 64 % per dag!

Bij de grens begon aan de Zuid-Afrikaanse kant al het gerommel: Deon moest bij een security-chekpoint een formulier tonen wat hij niet had (en wat ook nergens voor nodig was), maar voor een vers brood van de Spar kon-ie zo doorrijden. Onze dominee Du Toit had met vooruitziende blik al de nodige losse artikelen in de auto klaar liggen…

Eenmaal aan de Zimbabwaanse zetten we koers naar één van de laatste blanke boerenfamilies van Zimbabwe die nog zijn blijven zitten: ‘oom’ Johan en ‘tannie’ Hanna, onze eerste overnachtingsplek. Onderweg slechts één corrupt politie-roadblock tegengekomen. We werden staande gehouden en bleken niet over de ‘vereiste witte reflectoren’ te beschikken. Met twee broden en een paar blikken bonen kon Deon de zaak afkopen, en al slingerend tussen de potholes doorrijden naar Johan en Hanna.

Onderweg zie je vooral veel ezelkarren (voordeel: daar hoeft geen benzine in) en voetgangers/kruiwagenduwers en een enkele fietser. Benzine is schaars en eigenlijk alleen nog te krijgen als je met ZA Rand betaalt en een connectie hebt met de pompeigenaar. Illegale benzine wordt ook wel aangeboden, maar is veelal aangelengd met water of andere rotzooi en dat is niet zo best voor de motor.

Om een uurtje of zes waren we op de boerderij. Oorspronkelijk was die 7.000 hectare groot, maar dankzij Mugabes landhervormingspolitiek hebben ome Johan en zijn zoon Jan (twee vleesveebedrijven in maatschap) samen nog 4.000 hectare bushveld en een koppeltje vleesvee over. De rest van het land is zonder enige compensatie door de staat afgenomen, en uitgedeeld aan nieuwe zwarte settlers. Zo’n 100 gezinnen kregen elk een stukje grond (een plot) toegewezen op het bedrijf, en nog eens 30 gezinnen leek dat ook wel wat en die zijn er illegaal bij komen zitten.
Al die nieuwe keuterboertjes spitten met de hand of met de ossenploeg hun lapjes grond om, ter grootte van een fikse moestuin, en proberen daar dan mais of katoen op te telen en wat vee te houden (zie foto). Die manier van landbouwen levert misschien net genoeg op om het eigen gezin net in leven te houden, maar economisch gezien stelt het natuurlijk niks voor. Het is te kleinschalig om lokaal te verkopen, laat staan te exporteren, en dat is één van de belangrijkste oorzaken voor het ineenstorten van de Zimbabwaanse economie. Vroeger hadden de 4.600 blanke boeren 70 procent van de grond in hun bezit en was Zimbabwe een netto-voedselexporterend land en genereerde die export veel buitenlandse valuta. Nu zijn er nog zo’n 230 blanke boeren over, die nog een klein gedeelte van hun oorspronkelijke bedrijf in handen hebben. Daar kan de schoorsteen in Zim niet van roken…
Johan en zijn zoon boeren nu maar voort, zuiver om aan te tonen dat ze nog in bedrijf zijn, en in de hoop het bedrijf voor de toekomst te kunnen behouden. Want wie opgeeft, is het bedrijf kwijt.

Anyway, bij Johan en Hanna aangekomen bleek dat het plan was om bij hun zoon aan de andere kant van het bedrijf te gaan braaien. Het klonk alsof dat vlakbij was, dus zijn we zonder enige bagage met z’n allen bij oom Johan in het bakkie gekropen. Het bleek echter nog zeker dertien kilometer, ofwel drie kwartier hotseknotsen over een zandpad, voordat we er waren. Onderweg twee rivieren overgestoken. Ondanks de regen lekker gebraaid (eigengeschoten struisvogel) en om een uur of negen weer teruggereden.

Echter, door de regen was de rivier die eerst nog kalmpjes onder het betonnen oversteekpad door was gestroomd, in een paar uurtjes flink gezwollen. Hij kolkte er nu snel en woest over de betonnen bak heen. Via de reguliere weg ging het dus niet lukken met het bakkie.
Maar oom Johan wist nog een alternatieve route - wel een beetje om en hij had het ook in geen jaren meer gereden - maar goed. Het eerste stuk van dat zandpad ging nog redelijk, maar het tweede pad was één spekgladde modderbende. Binnen de kortste keren raakten we in een slip en hingen we scheef en muurvast in de modder. Het bakkie (alleen achterwielaandrijving) kon niet meer voor- of achteruit. Tien uur ’s avonds, pikdonker, geen bereik met de mobiele telefoon - ernstig rimboe! - en geen levende ziel in de buurt. Alle opties afgewogen, maar het leek het verstandigste om maar met z'n allen in het bakkie het daglicht af te wachten…

En zo heb ik mijn eerste nacht in Zim slapeloos doorgebracht, met vijf personen in een scheefhangend bakkie, uitermate ver weg van de bewoonde wereld, in de regen, warm en vochtig, met muskieten en kramp in alle ledematen!!

Maar het werd uiteindelijk weer dag, en met hulp van een stuk of tien locals en een span van vier ossen (of eigenlijk één os, een koe en twee pinken) is de boel op een zeker moment weer vlotgetrokken. Zie de foto’s, gemaakt met Deon z’n mobiel.
Nou alleen nog hopen dat de mozzies die nacht niet de malariaparasiet hebben overgebracht (er komt daar de laatste tijd wel malaria voor) en dan sal alles wel regkom.

Mensen, wat was ik blij toen we uiteindelijk om een uur of acht weer bij de boerderij van Johan en Hanna waren!! Na het ontbijt nog een flink gat in de dag geslapen…
Ome Johan en tannie Hanna zijn ontzettend lieve mensen, die me in die korte tijd zeer dierbaar zijn geworden. Jammer dat we niet meer tijd met hen hebben kunnen doorbrengen -op de boerderij dan, en niet in de bakkie!. Het zou mooi zijn om daar eens een fotoreportage te maken. Ze leven nog net zoals in 1960 eigenlijk, met hun houtgestookte emaille fornuis (zie foto), de jachttrofeeën aan de muur en hun zwarte mannelijke bediende die de schoenen poetst en de tafel dekt. Dit soort taferelen gaat echt verdwijnen…

Zaterdagochtend vroeg zijn we weer verder gereden, op weg naar de eindbestemming in Bulawayo. Onderweg nog het Great Zimbabwe Monument bezocht. Dat bestaat uit ruïnes uit een oude beschaving die dateert uit plusminus 1.200 na Christus. De bouwwerken zijn opgetrokken uit uitgehakte grijze stenen van baksteenformaat, die zonder enige soort van specie of cement zijn opgebouwd, of liever opgestapeld. Heel apart om te zien. Eén deel bestaat uit een hooggelegen fort, en het andere deel is waarschijnlijk een soort van tempel geweest. Jammergenoeg miezerde het nogal, maar het was zeker de moeite waard! Ik kan nu in elk geval een van de verplichte toeristendingen in Zimbabwe afvinken.

Vervolgens doorgereden naar Bulawayo, de tweede grote stad van Zimbabwe. Daar moest Deon ’s zondags preken. De Nederduitsch Hervormde kerk in Zimbabwe is te klein geworden om eigen predikanten te bekostigen. Veel leden zijn de laatste paar jaar vanwege de slechte economsiche situatie geëmigreerd, en daarnaast is er sprake van ontkerkelijking en vergrijzing. In feite zijn er nog 12 NH-gezinnen in Bulawayo, en nog een paar meer in de hoofdstad Harare.
De Zuid-Afrikaanse moederkerk regelt nu sinds een paar jaar dat er één keer per maand twee dominees naar Zim gaan. De ene preekt dan in Bulawayo, de ander in Harare. Sinds het laatste jaar worden de kerkleden ook praktisch ondersteund met voedselpakketten. Dankzij de kratten met kruidenierswaren komen ze de maand dan weer door.

In Bulawayo hebben we geslapen bij tannie Martie en oom Hendrik Bool. Ook schatten van mensen die zelf weer druk in de weer zijn met het verzorgen van ouden van dagen in vier tehuizen in Bulawayo. Het pensioen van die bejaarde mensen is absoluut ontoereikend, en met hulp van een christelijke organisatie uit buurland Botswana kunnen Martie en Hendrik maandelijks inkopen doen in Francistown in Botswana. En zo krijgen ruim honderd gebrekkige bejaarden in vier tehuizen tenminste nog eens iets anders te eten dan de dagelijkse stijve mieliepap en gekookte kool...

Het leven in Zimbabwe is ook voor Martie en Hendrik niet makkelijk. Gedurig komt er gen water uit de kraan en valt de stroom uit. Dus sukkelen ze maar met kaarsen en bakken water en staat Martie soms ’s nachts op om de was te doen. Ze hebben een deel van de tuin ondertussen in gebruik als moestuin en eten dus als aanvulling op de Zuid-Afrikaanse pakketten hun eigen uien (zie foto), suikermais, aardappelen en pompoenen. Urban farming heet dat…

Tja, Zimbabwe. Een ongelofelijk mooi en vruchtbaar land, maar ondertussen lijden wel 3 van de 12 miljoen mensen honger, en zijn er al 4 miljoen sneaky de grens overgegaan naar Zuid-Afrika in de hoop op een beter leven. Maar als je in Zimbabwe maatjes bent met Robert Mugabe, kan alles. Het partijkader laat luxe huizen bouwen aan de rand van Bulawayo en ik heb zelfs een hele blitse Hummer zien rondrijden!
De mensen die nog in Zimbabwe blijven, ondergaan de hele situatie gelaten. Eind maart zijn er weliswaar weer presidents- en parlementsverkiezingen, maar Robert Mugabe en zijn overheersende Shona-clan zijn al sinds 1980 de baas en ze zullen ook deze keer wel weer de verkiezingsuitslag naar hun hand weten te zetten, vermoeden de Zimbabwanen. Veel hoop op een machtswisseling is er in elk geval niet. En men hecht ook weinig waarde aan de ‘democratische verkiezingen’. Of zoals een kerkganger in Bulawayo het uitdrukte: “Oh, well, elections in Africa, that’s just another joke…”

xxx Gien

1 opmerking:

Anoniem zei

Wauw Gien, wat een avonturen weer. Ik verslind je blogs elke keer, maar reageer niet altijd. Maar om tot je weet dat ik jullie vanaf de andere kant van de wereld in de gaten hou! :-)

Groet, Hilletje